De achttiende eeuw werd gekenmerkt door vele expedities naar de nieuwe wereld om nieuwe tropische soorten te verzamelen, exotische dieren en elke andere vorm van extravagante stukken van de natuur. Iedere rijke burger van de oude wereld wenste een zeldzaamheid te tonen van de “Nieuwe Wereld“ in hun tuin of woonkamer.
Tegenwoordig kennen we het allemaal. Je gaat op vakantie en raakt in de ban van de schoonheid van de natuur zoals vlinders zo groot als een vogel of zeldzame exotische bloemen. We willen dit gevoel vangen en mee nemen naar huis. Thuis is het een onbeweeglijk geurloos stille herinnering in het decor van onze leefomgeving.
Vandaag de dag hoef je niet te reizen. De kolibries, kingsize vlinders worden overal verkocht als een bijzonderheid in de woonkamer. We geven de vastgelegde natuur een plaats, net zoals we de tijgers consumeren op National Geographic.
Het concept van deze tuin is gebaseerd op een kleurloos gebied met een kleurrijk middelpunt. De tuin bestaat uit een veld van zwarte planten en bloemen. Alle kleuren zijn verdwenen in de tuin. In het midden van de tuin staat een object gehuld in een zwart gordijn. Eenmaal binnen wordt de bezoeker omgeven door een cascade van kleurrijke objecten in glazen stolpen. De kwetterende exotische vogels of de fluwelen textuur van een geurend bloem bloemblaadje zijn een gevangen sensatie.
Het contrast met de buitenwereld van de zwarte tuin versterkt de ervaring van de kleurrijke sensatie in het paviljoen.
locatie: Chaumont-sur-Loire, Frankrijk
jaar ontwerp: 2012