De buitenruimte voor het nieuwe wooncomplex is te verdelen in twee typen: een binnentuin en een tuin rondom het gebouw. Qua inrichting en ontwerp zijn deze buitenruimten met elkaar verwant. Hert verschil is dat de tuin rondom het gebouw ontworpen is voor extensiever gebruik en de binnentuin voor intensiever gebruik.
De tuin rondom het gebouw bestaat uit een siergazon waarin grote vlakken met ornamentale grassen in een orthogonaal patroon zijn uitgespaard. Per vak wordt één grassoort aangeplant. De geselecteerde grassen kennen een laag onderhoudsniveau en hebben gedurende alle seizoenen een grote sierwaarde.
In de binnentuin wordt in een fijnmaziger orthogonaal patroon van plantvakken een mix van vaste planten, bollen en grassen voorgesteld. De plantvakken liggen hier op verschillende niveaus. Het hoogteverschil tussen de oost- en westflank van het gebouw wordt zo op een natuurlijke wijze opgelost. De treden en randen van de plantvakken zijn zo ontworpen dat ze ook te gebruiken zijn als zitranden. Tussen de vakken ontstaan verblijfsplekken.
De binnentuin is openbaar toegankelijk van zowel de noord- als de zuidzijde. De privacy van de verblijfsbuitenruimten van de woningen wordt gewaarborgd door de zacht bufferende werking van de plantvakken.
Rondom het gebouw worden de bestaande bomen gehandhaafd, in de binnentuin worden berkenbomen voorgesteld die qua kleur goed aansluiten op de gevels van het gebouw. Ook de materialisering van de verharding en de zitranden sluit goed aan op de kleurstelling van het gebouw. De zitranden worden uitgevoerd in hout, evenals de binnengevel van het gebouw voor een warme uitstraling. Voor de bestrating wordt een witte sierbetonsteen in verschillende formaten voorgesteld.
Regenwater afkomstig van het gebouw kan in de buitenruimte worden opgevangen en worden hergebruikt als bewatering voor de plantvakken.
jaar ontwerp: 2016
locatie: Utrecht
in samenwerking met: Bakers Architecten
opdrachtgever: De Realisatie