Het terrein rondom het slachthuisterrein heeft enorme potentie om een bijzondere, duurzame openbare ruimte te worden, mede dankzij subtiele verwijzingen naar de cultuurhistorie van deze plek. In het masterplan wordt een helder onderscheid gemaakt tussen het binnenhof en het buitenhof. Het binnenhof is de ruimte rondom het slachthuis dat vroeger binnen de muur lag, het buitenhof is de ruimte daaromheen. De twee hoven verschillen in sfeer. Het binnenhof kent een stenig karakter, het buitenhof is juist heel groen.
Het binnenhof krijgt een inrichting die verwijst naar het gebruik van het oude slachthuis: een stenige ruimte met vele functies door het grote, ononderbroken vloeroppervlak. Deze ruimte zal door verschillende groepen worden gebruikt als shared space. Bijvoorbeeld door spelende kinderen of voor het houden van een muziekvoorstelling. In het maaiveld wordt een patroon gemaakt van hergebruikte betonklinkers in combinatie met nieuwe, gebakken klinkers. Er zijn drie pleinen te onderscheiden: het entreeplein, het bomenplein en het waterplein. Bij de pleinen verandert het patroon in de verharding.
Straatmeubilair wordt spaarzaam toegepast, er is wel een horecaterras. De woningen hebben een eigen zitplek aan de voorkant. Verlichting hangt op zo’n manier dat de ruimte obstakelvrij blijft en heeft een industrieel karakter.
Entreeplein
Bomenplein
Waterplein
De cultuurhistorie geeft de inspiratie voor een aantal specifieke ontwerpen. Zo is er een nieuwe poort op de voormalige locatie van de oude poort ontworpen. Er komt een waterplein waarin verschillende waterstanden zichtbaar zijn in de vorm van het vee. Op het bomenplein is een oude schroef omgevormd tot speelobject. Er komt een brug met een hekwerk waarin de meest gebruikte koeiennamen te lezen zijn. Oude routes worden zichtbaar gemaakt door dierenpootjes van messing in de bestrating. De oude schoorsteen wordt als nieuw, ecologisch herkenningspunt voorgesteld. Deze wordt omgevormd tot bijenhotel en tot vleermuis- en vogelhuis.
regentonnen naar keuze voor de bewoners
brug met een hekwerk waar in de meest gebruikte koeiennamen staan
Duurzaamheid is een belangrijk uitgangspunt voor de planvorming. Dit komt op allerlei niveaus terug. Zoals in hergebruik van materialen; alle betonklinkers worden hergebruikt. Ook de betontegels krijgen een nieuwe bestemming; hier worden muren van opgetrokken. Er worden zo min mogelijk bomen gekapt bij de herindeling van het gebied. Hout van bomen die toch gekapt zijn, kan als grondstof dienen voor terrasmeubilair. Water wordt bovengronds afgevoerd en geborgen in een bassin. Er zijn een aantal halfverharde plekken ontworpen om het water makkelijk te laten inzijgen. Daarnaast krijgt iedere woning een speciaal ontworpen regenton.
Duurzaamheid vindt ook plaats door sociale cohesie. Bijvoorbeeld door de programmering in de gebouwen en in de buitenruimte. Sociale cohesie ontstaat ook door nieuwe verbindingen in het gebied, zoals de brug over de singel. Ook verwijzingen naar de cultuurhistorie dragen bij aan de cohesie. Want hierdoor wordt een plek gecreëerd met een eigen identiteit die herkenbaar is voor de buurtbewoners. Het entreeplein is geschikt voor een openluchtbioscoop. Het waterplein kan in de winter fungeren als een kleine schaatsbaan. De hele ruimte kan tevens voor buurtevenementen gebruikt worden zoals een rommelmarkt of een grote buurtbarbecue.
Het buitenhof heeft al een heel specifiek groen karakter. Het bestaat uit grote bomen en grasweiden. We sluiten hierop aan door bloemenmengsels aan te brengen waardoor een plukweide ontstaat. In de weide staan ook fruitbomen. Ook hiermee vergroten we de sociale cohesie; er kunnen plukdagen georganiseerd worden door de buurt.
locatie: Haarlem, the Netherlands
jaar ontwerp: 2018
opdrachtgever: AM
in samenwerking met: Mei architects and planners